'Volksgezondheid is in het geding'
De ministers Verburg en Klink dwingen de veehouderij om het antibioticagebruik in drie jaar tijd te halveren. Dik Mevius erkent dat de ingreep fors is, maar door de ernst van de situatie wel noodzakelijk. Er staat de veehouderij nog veel te wachten.
Dik Mevius is dierenarts en specialist op het gebied van resistentie, veroorzaakt door het gebruik van antibiotica. Dit onderwerp staat in het brandpunt van de belangstelling. Mevius, professor antimicrobiële resistentie, heeft daarom een drukke agenda. De ene keer zit hij in Den Haag, de andere keer reist hij naar Parijs of Brussel om aan te schuiven bij adviesorganen van de nationale overheid en de EU. Hij doet uit de doeken wat er aan de hand is met het antibioticagebruik.
Wat is resistentie?
Mevius: ‘Resistentie wordt in mijn vakgebied opgevat als het ongevoelig zijn van met name bacteriën voor medicijnen als antibiotica. Eigenlijk is het een natuurlijke reactie van bacteriën, waardoor zij kunnen overleven. Die eigenschap is er al heel lang. We vinden resistente bacteriën die honderden of duizenden jaren oud zijn.’
Toen was er nog geen antibioticagebruik.
‘Inderdaad. Maar er waren toen al wel schimmels of bacteriën die antibiotica maakten, waarop andere bacteriën reageerden met resistentie. Die resistentie is trouwens een eigenschap die bacteriën gemakkelijk overdragen: binnen, maar ook buiten de soort. Resistentie kan zich op deze manier razendsnel verspreiden.’
Het is al tientallen jaren bekend dat antibioticagebruik leidt tot resistentie, waardoor medicijnen niet meer effectief zijn. Waarom komt dit pas de laatste jaren zo in opspraak?
‘Omdat de volksgezondheid steeds meer in het geding komt. Het is ruim vijf jaar geleden begonnen met MRSA, die in de varkens- en kalverhouderij aanwezig is en problemen veroorzaakt in ziekenhuizen. De zaak is in een stroomversnelling gekomen met ESBL’s. ESBL’s zijn door bacteriën geproduceerde enzymen, die in staat zijn om bepaalde antibiotica af te breken. Meerdere medicijnen werken daardoor niet meer bij mens en dier. Bovendien komt deze overdraagbare eigenschap voor bij meerdere bacteriesoorten. Verontrustend is dat er een direct verband is tussen resistentie in de vleeskuikenhouderij en mensen. Maurine Leverstein van het UMC, arts-microbioloog, en ik ontdekten dit vorig jaar. Als je bovendien weet, dat zo goed als alle vleeskuikens besmet zijn met ESBL, is er sprake van een groot probleem. Vandaar dat de overheid ingrijpt door het antibioticumgebruik in drie jaar te halveren.’
Is halvering van het antibioticagebruik effectief?
‘Jazeker. Resistentie ontstaat en verspreidt zich bij het gebruik van antibiotica. Minder gebruik leidt tot minder resistentie.’
Minder gebruik van antibiotica leidt tot minder resistentie
Hoe kunnen vleeskuikenhouders voldoen aan de eis tot halvering?
‘Zij kunnen anders omgaan met ziektedruk. Nu worden vaak antibiotica gebruikt, omdat dit een goedkope en makkelijke oplossing is. Een andere manier is het tegengaan van verspreiding van ziekten. Dit betekent scheiding van kolommen, werken volgens protocollen, meer hygiëne en langere perioden van leegstand tussen de ronden. Als de ziektedruk vermindert, wordt ook de noodzaak om antibiotica te gebruiken minder.
Als de ziektedruk vermindert, wordt de noodzaak om antibiotica te gebruiken minder
Het is een zaak van beheersen door het gebruik te verminderen en de hygiëne en het management te verbeteren. Voeding speelt ook een rol, omdat antibiotica vaak worden gebruikt om darmstoornissen tegen te gaan. Beter voer leidt tot minder darmstoornissen en daarmee ook tot minder gebruik van antibiotica. Een andere punt is dat bepaalde antibiotica in de veehouderij zoals cefalosporinen niet meer gebruikt moeten worden. Ze leiden tot een snelle vorming van resistentie en een verhoogde kans op ESBLinfecties bij de mens. Belangrijk is dat de vleeskuikensector zich bewust is van het resistentieprobleem en streeft naar het selectief gebruik van antibiotica.’
Hoe worden individuele bedrijven aangezet tot lager antibioticagebruik?
‘Pluimveehouders worden geacht te gaan samenwerken met één dierenartsenpraktijk die de antibiotica levert. Dit wordt vastgelegd in de IKB. Hiervoor worden een bedrijfsgezondheidsplan en bedrijfsbehandelplan opgesteld en het antibioticumgebruik in kaart gebracht, zodat veehouders en dierenarts precies zien of er te veel gebruikt wordt. Daarnaast is voorgesteld om een onafhankelijke Veterinaire Diergeneesmiddelenautoriteit (VDA) op te richten om dierenartsen te controleren.’
Hoe hard is de 50-procentnorm?
‘Heel hard. Het is een nationale norm omdat het nog een tijd gaat duren voordat de EU zover is. De minister beloofde dat zij en haar opvolgers zich eraan houden. De Tweede Kamer staat in dit geval achter haar. Als de norm niet wordt gehaald volgen er zeker sancties.’