Droogstands-QUIZ!
Wat weet jij van de droogstand?
Welkom bij de quiz over een succesvolle droogstand!
Deze quiz is bedacht om je kennis te testen en te vergroten over de belangrijke aspecten van de droogstand bij koeien. Een goede droogstand is cruciaal voor de gezondheid en productiviteit van je koeien, en het begrijpen van de juiste mineralenbalans en managementpraktijken kan een groot verschil maken.
De quiz bestaat uit 10 waar/niet waar-vragen. Kies het juiste antwoord. Per vraag kun je 1 punt verdienen. Onthoud dat het niet erg is als je wat fouten maakt; dit is een kans om te leren en je kennis te verbeteren. Als je vragen hebt of meer advies nodig hebt, neem dan gerust contact op met je Rundvee adviseur.
Veel succes en plezier met de quiz!
Vraag 1: WAAR of NIET WAAR?
Een hoog calciumniveau in het droogstandsrantsoen voorkomt melkziekte na het afkalven.
Antwoord: Niet waar
Uitleg: Een te hoog calciumniveau in het droogstandsrantsoen kan juist leiden tot melkziekte. Als een koe tijdens de droogstand veel calcium binnenkrijgt, raakt haar lichaam minder goed voorbereid op de plotselinge hoge calciumbehoefte na afkalven. Dit kan resulteren in een trage mobilisatie van calcium uit botten en een verhoogd risico op melkziekte.
Had je het antwoord goed? Dan verdien je 1 punt.
Vraag 2: WAAR of NIET WAAR?
Kalium in het droogstandsrantsoen kan indirect bijdragen aan een calciumtekort na afkalven.
Antwoord: Waar
Uitleg: Kalium remt de opname van magnesium, en magnesium is essentieel voor de aanmaak van het parathormoon (PTH). PTH is nodig om calcium vrij te maken uit botten en de opname uit de darmen te stimuleren. Een hoog kaliumgehalte in het droogstandsrantsoen kan dus indirect leiden tot een calciumtekort.
Vraag 3: WAAR of NIET WAAR
Het verlagen van de kation-anion balans (KAB) helpt bij een betere calciumstofwisseling.
Antwoord: Waar
Een hoge KAB, die vaak voorkomt in rantsoenen met veel gras, vermindert de effectiviteit van het PTH-hormoon, waardoor calcium minder efficiënt wordt vrijgemaakt. Door de KAB te verlagen, wordt de calciumstofwisseling geactiveerd en het risico op melkziekte verminderd.
Vraag 4: WAAR of NIET WAAR
Fosfor heeft geen invloed op de opname van calcium in de koe.
Antwoord: Niet waar
Fosfor speelt een belangrijke rol in de calciumstofwisseling. Een te hoog fosforgehalte in het droogstandsrantsoen remt de omzetting van vitamine D naar zijn actieve vorm. Dit belemmert de opname van calcium uit de darmen, waardoor de koe minder calcium kan benutten en het risico op melkziekte toeneemt.
Vraag 5: WAAR of NIET WAAR
Magnesiumtekort kan bijdragen aan een verhoogd risico op melkziekte.
Antwoord: Waar
Magnesium is nodig voor de aanmaak van PTH. Als er onvoldoende magnesium beschikbaar is, wordt PTH minder goed geproduceerd, waardoor het lichaam niet efficiënt calcium kan mobiliseren. Dit kan leiden tot een verhoogd risico op (subklinische) melkziekte na afkalven.
Vraag 6: WAAR of NIET WAAR
Een goede voeropname tijdens de droogstand voorkomt automatisch melkziekte.
Antwoord: Niet waar
Hoewel een goede voeropname essentieel is voor een gezonde start, betekent dit niet automatisch dat de koe geen melkziekte zal krijgen. De samenstelling van het rantsoen, inclusief de juiste balans van mineralen en de KAB, speelt een cruciale rol bij het voorkomen van calciumtekorten.
Vraag 7: WAAR of NIET WAAR
Gras dat bemest is met veel dierlijke mest bevat vaak meer kalium.
Antwoord: Waar
De kaliuminhoud in graskuil is sterk afhankelijk van de bemesting. Grond die veel bemest is met dierlijke mest bevat vaak meer kalium, wat de opname van magnesium in de koe kan remmen en zo een negatief effect kan hebben op de calciumhuishouding.
Vraag 8: WAAR of NIET WAAR
Choline in het droogstandsrantsoen helpt bij de vetstofwisseling en kan leververvetting verminderen.
Antwoord: Waar
Pensbestendig choline speelt een belangrijke rol in de vetstofwisseling en helpt bij het verminderen van leververvetting. Dit draagt bij aan een betere algehele gezondheid van de koe en een soepelere start van de lactatie.
Meer lezen over dit onderwerp?Vraag 9: WAAR of NIET WAAR
Een droogstandsrantsoen moet minimaal 3,0 gram fosfor per kilo droge stof bevatten om melkziekte te voorkomen.
Antwoord: Onwaar
Uit onderzoek blijkt dat 2,0 gram fosfor per kilo droge stof voldoende is tijdens de droogstand. Een hoger fosforgehalte kan de aanmaak van actieve vitamine D remmen, wat juist kan bijdragen aan een calciumtekort en melkziekte.
Vraag 10: WAAR of NIET WAAR
Een bedrijf met 100 afkalvingen per jaar kan meer dan €8.500 besparen door een goed droogstandsmanagement.
Antwoord: Waar
Uit praktijkonderzoek blijkt dat een goed droogstandsmanagement melkziekte en andere gezondheidsproblemen kan verminderen. Dit bespaart niet alleen behandelingskosten en voorkomt productieverlies, maar verlaagt ook arbeidskosten en verhoogt het werkplezier, wat op jaarbasis tot aanzienlijke financiële voordelen kan leiden.
Hoeveel antwoorden heb je goed?
We hopen dat je wat hebt geleerd over een succesvolle droogstand en het belang van de juiste mineralen en managementpraktijken. Tel nu je punten bij elkaar en ontdek hoe goed je het hebt gedaan!
- 8-10 punten: Geweldig! Je hebt een uitstekende kennis van de droogstand en de bijbehorende gezondheidsaspecten. Je bent goed voorbereid om deze kennis toe te passen in de praktijk.
- 5-7 punten: Goed gedaan! Je hebt een solide basiskennis, maar er is nog ruimte voor verbetering.
- 0-4 punten: Geen zorgen! Zie het als een kans om meer te leren. Bekijk de uitleg bij de vragen en lees de artikelen opnieuw om je kennis te vergroten.
Een goede droogstand cruciaal is voor de gezondheid en productiviteit van je koeien. Blijf leren en verbeteren om het beste resultaat te bereiken. Als je vragen hebt of meer advies nodig hebt, neem dan gerust contact op met je Rundvee adviseur.
Meer weten?
Weten hoe je de droogstand succesvol aanpak? Neem gerust contact op met ons specialisten.