Bodem is de basis voor een goede bedrijfsvoering

27 september 2020
-
3 minuten

Wij zijn niet gericht op de allerhoogste productie”, zo stelt Stefan. “Wel op hoge gehaltes en op gezonde koeien die tegen een stootje kunnen. Wij denken dat een belangrijke sleutel daarvoor in de bodem ligt. Een goede bodem is de basis voor een goede bedrijfsvoering.”

Wat drijft jullie om extra aandacht te besteden aan de bodem?

Gerrit: “Rond de eeuwwisseling hadden wij problemen met de koeien en de vruchtbaarheid. Mycotoxines (schadelijke schimmels, red.) bleken na lang zoeken de boosdoener te zijn. Behalve voer- en kuilmonsters zijn we toen ook andere bodemmonsters gaan nemen. We ontdekten dat onze bodem stukken beter kon. Toen is onze inzet voor bodemverbetering gestart. We sturen actief op de Ph-waarde, letten op het gehalte organische stof, op het bodemleven en we nemen periodiek specifieke bodemmonsters en voeren FIR (kleimineralen, red.). We hebben daarnaast gezorgd voor goede afwatering op onze percelen door drainage.”

Stefan: “Daarnaast brengen we ook kleimineralen en zeeschelpenkalk op het land en af toe compost. Ook zetten we in twee mestbakken de vaste mest en voerresten om. Die rijden we in het voorjaar uit, dat is echt een geweldige en hoogwaardige voedingsbron voor het bodemleven.”

En hoe geef je de ruwvoerteelt vorm?

Gerrit: “Op ons huiskavel staat een mengsel met Engels raaigras, maar op de meeste veldkavels staat al 10 jaar een mengsel met zachte rietzwenk. Dat was eigenlijk een
foutje, vanwege een verkeerd geleverde zak zaad. Het beviel echter zo goed dat we het daarna standaard zijn gaan gebruiken. Het voordeel voor ons is dat het goed
geschikt is voor stalvoedering en dat de beworteling dieper is.”
Stefan: “Tijdens droge periodes lijkt soms al je gras verdwenen, maar als het dan weer gaat regenen, staat de rietzwenk er met een week weer. De wortels zitten wel een meter diep.”

Waarom kozen jullie voor zomerstalvoeren?

Stefan: “In de eerste plaats omdat onze huiskavel beperkt is, maar ook vanwege de smakelijkheid in vergelijking met kuilgras. En zo behouden we meer suiker en voor een betere eiwitkwaliteit in het gras. Daarnaast voeren we ook nog kuilgras, mais en perspulp bij.”

Dit jaar heb je gekozen om zelf mais te verbouwen, waarom is dat?

Stefan: “Het perceel aan de overkant van de weg moest worden vernieuwd. Het zat vol met slechte plekken door de droogte van de afgelopen jaren. We durfden het in het voorjaar niet aan om gras in te zaaien, de kans van slagen is dan veel minder en de onkruiddruk ligt vele malen hoger.”

Gerrit: “Mogelijk gaan we dit perceel in het najaar inzaaien als kruidenrijk grasland. Een mooie proef voor ons om de bodem en de biodiversiteit een handje te helpen.”

Dit was de derde droge zomer op een rij, hoe ga je om met het veranderende klimaat?

Stefan: “We doen niet aan kortetermijnoplossingen. Zorg voor de bodem is iets voor de lange termijn. Zo proberen we de wormen actief te houden, wat zorgt voor een goede buffering in het land.”
Gerrit: “Het gaat om het vinden van een goede balans met je omgeving. Op deze locatie komt al in 1381 een boerderij voor. Wij hebben hier in het Twentse coulisselandschap altijd samengewerkt met de natuur en dat moeten we blijven doen. Op korte termijn leveren de beperkingen van deze omgeving minder melk op en sponsoren we eigenlijk de natuur. Op lange termijn zorgt het echter voor een stabiele toekomst. Daarom zaaien we bijvoorbeeld bloemenstroken in, bijvoorbeeld op de Twentse es, naast de bestaande houtwallen die al lang onderhouden worden.”


Welke waarde voegt De Heus toe aan jullie bedrijf?

Gerrit: “We zijn al meer dan 40 jaar klant bij De Heus. Wat ik fijn vind is dat ze je geen dingen opdringen, maar luisteren en meedenken. Dat levert een goede relatie op en meer melk in de tank met gezondere koeien. Zo wilden wij een nog betere conservering in de kuil krijgen en heeft Henny (ter Balkt, red.) Bonsilage als inkuilmiddel geadviseerd en advies gegeven over de juiste maai- en oogsttijd.”

Tot slot: waar liggen jullie prioriteiten de komende jaren?

Stefan: “We zijn hard gegroeid en voorlopig wel even uitgebouwd. De komende jaren gaan we de bedrijfsvoering optimaliseren. Zo willen we nog meer doen om de bodem te verbeteren met stalmest en compost en misschien ook met andere gewassen.”

Gerrit: “Soms moet je dingen gewoon uitproberen om te kijken of het voor je werkt. Zoals ons toen ook met de rietzwenk is overkomen. En werken dingen niet? Dan zoeken we naar andere oplossingen. We hebben de wijsheid niet in pacht, maar vinden het gewoon leuk om nieuwe dingen te ontdekken. Dat past bij ons.”