De exportmarkt van broedeieren
Op de wereldmarkt zijn Nederlandse broedeieren erg gewild. Dit geldt niet alleen voor broedeieren voor de productie van vleeskuikens, maar ook voor broedeieren van leghennen en voor fokmateriaal. Er wordt dan ook volop geëxporteerd, vooral vleeskuikenbroedeieren. We geven een inkijk in deze markt.
Marktverdeling
In de afgelopen jaren is het aantal vermeerderingsbedrijven met vleeskuikenouderdieren behoorlijk geslonken. De verwachting is dat er volgend jaar ongeveer vier miljoen producerende moederdieren op de Nederlandse vermeerderingsbedrijven aanwezig zijn.
Verdeling van afzet
- 22% van de broedeierenproductie is bestemd voor de zogenaamde traag groeiende concepten, zoals Beter Leven 1 ster. Dit is vooral bestemd voor de binnenlandse eendagskuikenproductie in de retailmarkt.
- Daarnaast is ongeveer 20% bestemd voor het produceren van reguliere kuikens. Deze kuikens zijn deels bestemd voor de binnenlandse markt, denk aan poeliers en restaurants en deels bestemd voor de export van pluimveevlees.
- Het grootste deel van de productie (58%) door vleeskuikenouderdieren is bestemd voor de exportmarkt van broedeieren.
De Nederlandse vleeskuiken-vermeerderingssector kan dan ook in twee delen worden opgesplitst. Een deel van de vermeerderaars produceert eendagskuikens voor de binnenlandse markt. Een ander deel produceert broedeieren voor de exportmarkt, zowel binnen als buiten Europa.
623 miljoen broedeieren geëxporteerd
In het afgelopen jaar heeft Nederland maar liefst 623 miljoen broedeieren geëxporteerd naar derde landen buiten de EU. Dat zijn 12 miljoen broedeieren per week. Het merendeel van deze broedeieren zijn bestemd voor het Midden Oosten (Irak en Saudi Arabië) en Oekraïne (zie oderstaande tabel). Daarnaast verkopen onze exporteurs broedeieren naar ongeveer veertig andere landen buiten Europa. Hierbij gaan meestal kleine hoeveelheden naar landen in het Afrikaanse continent, zoals Libië, Senegal, Ivoorkust, Ghana of Nigeria.
Ook worden binnen Europa veel broedeieren verhandeld, ongeveer net zoveel als naar derde landen. Daarnaast importeren broederijen ook veel broedeieren vanuit onze buurlanden. Dit zijn vooral vaste vermeerderaars die leveren aan deze broederijen. Netto blijft ongeveer 5% over wat Nederland meer verhandeld dan ontvangt.
Niet zonder risico
Het is bekend dat export naar derde landen risicovol is. Vanuit andere producerende landen is er veel concurrentie op dezelfde exportmarkten. Daarnaast is Nederland sterk afhankelijk van haar pluimveegezondheids status. Bij een uitbraak van HPAI sluiten een aantal grenzen direct en is er naar andere landen beperkte export mogelijk. De vraag vanuit derde landen is bovendien onderhevig aan grote schommelingen. Een land als Irak heeft bijvoorbeeld in de eerste helft van dit jaar veel broedeieren geïmporteerd vanuit Nederland, maar in de tweede helft van dit jaar is deze export in elkaar gezakt met ruim twintig miljoen eieren per maand (zie grafiek 2). Ook kunnen vrij stabiele markten, zoals Saudi Arabië, ineens besluiten om hun grenzen voor Nederlandse broedeieren te sluiten. Dit gebeurde onlangs zonder een duidelijke reden.
Goede kwaliteit
Het is duidelijk dat Nederland bekend staat om haar goede kwaliteit broedeieren, welke door onze vermeerderaars worden geproduceerd. De kwaliteit van een broedei vertaalt zich in een goede bevruchting en goede uitkomsten. Om deze kwaliteit blijvend te waarborgen, gebruiken exporteurs broedeieren welke geproduceerd zijn door moederdieren met een leeftijd tussen ongeveer dertig en vijftig weken. Deze eieren hebben de juiste maat, zijn sterk genoeg voor transport, hebben een hoge bevruchting en behalen goede uitkomsten.
Onderzoek vleeskuikenouderdieren
Vleeskuikenhouders in binnen- en buitenland verwachten dat de eendagskuikens bij aankomst in de stal meteen goed opstarten en vitaal zijn. Daarom heeft De Heus in de afgelopen jaren veel onderzoek gedaan naar de kwaliteit van eendagskuikens welke uit de broedeieren komen. Dit onderzoek is gebaseerd op de voeding van vleeskuikenouderdieren. Er werd onderzocht of het moederdier, via het broedei, waardevolle nutriënten mee kan geven aan haar nakomelingen. Onderzoek heeft aangetoond dat kuikenkwaliteit, en daarmee ook de latere prestaties, van het kuiken zeker beïnvloed wordt door wat moederdieren via het broedei doorgeven
Ketenbelang
Door dit soort onderzoeken kunnen we er samen met de vermeerderaars voor zorgen dat de kuikens vanuit het broedei de juiste nutriënten binnenkrijgen om deze goede start te kunnen maken. Zo kunnen we samen sterke kuikens blijven produceren vanaf het eerste tot het laatste broedei dat door de moederdieren wordt gelegd. Daarmee behouden we als vermeerderingssector onze goede positie in de binnen- en buitenlandse markt.
Een juiste afstemming en balans geeft zekerheid aan de vermeerderaar, maar ook aan de broederij en de exporteur.
Een aantal van onze vermeerderaars levert haar broedeieren aan broedei exporteur Haanstra. De broedeieren vinden hun weg naar de binnenlandse markt, landen binnen de EU en naar derde landen.
Over de auteur
Wout van Wolfswinkel
Commercieel sectormanager VB en opfok
Wil je meer weten over de vermeerdering- en/of opfoksector? Neem dan contact met me op.