Dezelfde grondstoffen, ander varkensvoer

De voerbenutting wordt voor een belangrijk deel bepaald door de voersamenstelling. Maar wat niet iedereen zich realiseert, is dat ook de structuur van het voer erg belangrijk is. Zeker op brijbedrijven is dit een punt van aandacht. Door met dezelfde grondstoffen fysiek ander voer te maken (met grovere vezels), kun je de maagdarmgezondheid verbeteren en daarmee de voerbenutting en voederconversie.

Het lijkt logisch om alle grondstoffen helemaal fijn te malen, want dan wordt het makkelijker verteerd. Maar fijngemalen voer zorgt in de maag voor een egale dunne soep, waardoor er maag- en darmproblemen kunnen ontstaan. Toch is het ook niet slim om alle grondstoffen grof te malen, want daarmee zou de voerbenutting omlaaggaan.

Helaas is het niet zo dat je aan fijngemalen voer zomaar wat vezels kunt toevoegen. Het komt heel precies. Sommige grondstoffen moet je fijn malen, andere juist wat grover laten. De oplossing die we hiervoor bij De Heus hebben gevonden, is Matrix- walsen. Met deze technologie maken we onderscheid in de behandeling van eiwiten zetmeelrijke grondstoffen die fijn in het voer moeten komen en vezelrijke grondstoffen die we grover in het voer willen hebben. Zo krijgt ons voer fysiek wel een andere vorm, maar blijven de grondstoffen en dus de voedingswaarden hetzelfde.

Tot slot variëren we de hoeveelheid grove vezel ook nog per leeftijdsfase. Voor een soepele overgang van de biggenfase naar de startfase en om stress te minimaliseren rondom verzetten, gebruiken we hier extra grove vezel voor een optimale ondersteuning van de maagdarmgezondheid. Oudere varkens in de eindfase kunnen soms ook extra vezels gebruiken. Bijvoorbeeld bij stress rondom het uitladen en bij hoge voeropnames.

Wil je er zeker van zijn dat jouw vleesvarkens hun voer optimaal om kunnen zetten in groei? Zorg er dan voor dat ze in elke levensfase voer krijgen met precies de juiste verhouding fijne en grove delen.