Meekijken met Arie van Zandwijk, Andel

21 maart 2016
-
3 minuten

Voor dag en dauw loop ik achter hem aan, de 130 treden op naar het 35 meter hoge silodek boven in de fabriek. Vanuit daar kijkt hij even uit over de landerijen en begint dan zijn dagelijkse rondje voordat de drukte begint. Arie van Zandwijk, bedrijfsleider van de premium biggenvoerfabriek in Andel, geniet elke dag weer van zijn eerste ronde langs de machines en medewerkers.

Silodek

Samen lopen we door de fabriek. Het valt op hoe gedreven hij is. Handig tilt hij de luiken van de silo’s op om persoonlijk te kijken hoe het met de grondstofvoorraad staat. Overal kijkt hij in en achter om het volgende moment aandachtig te luisteren naar de geluiden van de machines. “Als ik dan soms een van de persen hoor huilen of janken, dan weet ik dat daar even extra aandacht aan moet worden besteed.” Hij doet zijn ronde vlot en secuur, maar bij zijn collega’s van de productie blijft hij wat langer staan. Ze praten elkaar even bij terwijl ze de zeef van de schoner verwisselen en het geschoonde graan controleren. “Die eerste uurtjes van de dag zijn heerlijk. Ik kan dan, zonder gestoord te worden, een goed beeld krijgen van hoe het er in de fabriek voor staat, voordat het om 8.00 uur druk wordt.”

Spin in het web

Arie kruipt kort achter zijn laptop om zijn e-mail bij te werken en de productie te controleren, om daarna opnieuw een rondje door de fabriek te doen. Dit keer om samen met de jongens van de dagdienst even de puntjes op de i te zetten. De rest van de ochtend is het veel administratief werk en overleg. Want hoewel het productiegedeelte belangrijk is, is het takenpakket van een bedrijfsleider veel breder. Ziekmeldingen, vakantieplanningen, investeringen, maar ook arboarbotechnische zaken vergen veel tijd en aandacht. Wat opvalt is de continue stroom van vragen die op hem afkomt. Of we nu door de fabriekshal lopen, of in de centrale bedieningskamer zitten, Arie is een wandelende vraagbaak. Maar hij gedraagt zich als een spin in het web. Overal geeft hij aanwijzingen of beantwoordt hij vragen. “Al die kleine dingen zijn soms best lastig, maar maken het vak ook leuk.”

Tijd voor medewerkers

Veel aandacht geeft hij aan het persoonlijk contact met zijn medewerkers. “Dat kost veel tijd, maar ik merk dat ik het dubbel en dwars terug krijg. Ik ben zelf als productiemedewerker begonnen, dus ik weet precies hoe de jongens denken en waar ze mee te maken hebben. Ik ken de fabriek natuurlijk als m’n broekzak en dat weten ze.” Arie heeft oog voor persoonlijke aandacht en deelt links en rechts complimenten uit, maar hij deinst er ook niet voor terug om iemand persoonlijk aan te spreken als het een keer wat minder goed gaat.

Premium biggenvoer

In 2014 leek het er nog op dat de fabriek in Andel een andere bestemming zou hebben. Dat veranderde plotsklaps toen werd vastgesteld dat voor premium biggenvoer een speciale biggenvoerfabriek een vereiste was en Andel de perfecte fabriek hiervoor bleek. Iedereen was ineens weer tot op het bot gemotiveerd. De knoppen gingen om en alles werd onder de loep genomen. “Een speciale biggenvoerfabriek vereist een andere gedachtegang. We werken hier keihard, maar het productieproces gaat veel rustiger dan in een gewone fabriek. Het is hier een soort ‘slow cooking’. Dat moet wel, want voor de biggen hebben we een mooi zacht en slijtvast korreltje nodig.”

Constante grondstoffen

Als voormalig varkenshouder weet Arie hoe gevoelig biggendarmpjes zijn. “Iedereen in onze fabriek weet dat we premium voer maken voor biggetjes en dat constantheid en de kwaliteit van grondstoffen daarom de hoogste prioriteit hebben.” Alle binnenkomende grondstoffen zijn specifiek geselecteerd voor biggenvoer, maar niets wordt aan het toeval overgelaten. Arie neemt me mee en steekt een monsterboor in een zak met grondstoffen. Als de boor er weer uit gaat bekijkt hij het poeder, ruikt eraan, proeft het even en loopt ermee naar een buis gevuld met voorgaande levering om te vergelijken. Ik zie zelf geen verschil. “En zo hoort ’t”, zegt Arie.

Zeggen wat je doet en doen wat je doet

Pretoogjes

Wanneer ik hem vraag wat hij het leukst vindt aan zijn baan, komt er een lach op zijn gezicht en zie ik pretoogjes verschijnen. “Productie en grondstoffen, dat vind ik ’t allermooiste.” Vol vuur begint hij een technisch verhaal te houden over het afstellen van de persen en het instellen van de zeeffractie.” Ik ben inhoudelijk al afgehaakt, maar tegenover mij zit een professional die van zijn vak houdt. Dat is me meer dan duidelijk.

Genieten

Aan het einde van de dag stap ik weer in de auto, vol met indrukken en genoeg aantekeningen voor wel tien artikelen. Terwijl ik het terrein verlaat en de dijk op rijd, kijk ik nog even om naar de fabriek, wetende dat Arie morgen voor dag en dauw weer paraat is. Klaar om de 130 treden omhoog te lopen en te genieten van de machines en het uitzicht vanaf het silodek.