Optimale groei in 2015
De familie Mouw, Jan, Heini en zoon Ben, komt vanouds uit Apeldoorn. Daar molk de familie 70 melkkoeien en werden 300 fokzeugen gehouden. In 1992 verhuisde de familie naar de Zeedijk in Nijbroek waar een nieuwe melkveestal gebouwd werd met ruimte voor 100 melkkoeien met bijbehorend jongvee. Op dat moment had het bedrijf een quotum van 650.000 kilo melk. In de jaren die erop volgden is het bedrijf doorgegroeid naar het niveau van 2014. Een voor het bedrijf belangrijke keuze is in 2009 gemaakt; de bouw van een jongveestal met 140 plaatsen waarbij de bestaande stal is omgebouwd naar een melkveestal met 164 ligboxen en een aantal ruime strohokken. In 2011 heeft Ben het bedrijf volledig overgenomen.
Strategie
Verschillende erfbetreders uitten hun mening in 2009 over de nieuwbouw van de jongveestal. De vraag rees of het wel verstandig was te bouwen voor jongvee. Toch zette Ben zijn plannen door met het oog op de toekomst. Door de jongveestal vol te zetten en in de jaren daarna een zeer hoge bezetting aan te houden, kon in 2015 de switch gemaakt worden naar méér melkkoeien en minder jongvee. Doel is nu om 180 melkkoeien te houden met ruim 100 stuks jongvee. Door de grote hoeveelheid jongvee in het verleden past dit ook binnen de fosfaatregelgeving. Er zijn in 2014 veel pinken geïnsemineerd en ook was de uitval bij de koeien erg laag met 11 afgevoerde dieren. Zodoende wordt in het eerste ‘quotumvrij-jaar’ ruim vijf ton meer gemolken.
Harder voeren
Het bedrijf is met ruim 55 hectare grond zeer intensief. Dit heeft ertoe geleid dat er de laatste jaren al bijproduct gevoerd werd en regelmatig maïs en perspulp werd aangekocht. Vanaf 1 april 2015 is de keuze gemaakt harder te gaan voeren om zodoende de ruwvvoervoorziening op peil te houden en op een efficiënte manier veel liters melk te leveren. Het rantsoen bestaat uit kuilgras, snijmaïs, bierbostel, perspulp, Rucom 1221 en geplette tarwe. Als structuur wordt koolzaadstro gevoerd. Daarnaast wordt in de voercomputer als hoofdsoort de Boosterbrok gevoerd. Vanaf 120 dagen wordt langzaam overgeschakeld naar de Optimaalbrok. Het voordeel van de Booster is met name de rustige vertering en het gemak waarmee veel kilo’s gevoerd kunnen worden. Hierdoor is de productie van de dieren op een hoog niveau zonder de pens te belasten. Oudere koeien krijgen maximaal 12,5 kilo Booster en de vaarzen maximaal 10 kilo. De melkproductie op het bedrijf lag in april 2015 op 9.063 kilo per koe. In januari 2016 ligt de productie op 10.340 kilo melk. De gemiddelde leeftijd is 3,07 jaar door de grote insteek van vaarzen in 2015. Dit geeft aan dat er nog genoeg potentie zit voor de komende jaren! Het harder voeren heeft de gezondheid van de koeien zeker niet nadelig beïnvloed. De tussenkalftijd is met 385 dagen erg goed te noemen. Met een goed droogstandsrantsoen van kuil met graszaadhooi en Bestermine Vitaal gaat het afkalven vlot en makkelijk. Wel komen de dieren tien dagen voor afkalven apart en krijgen dan onbeperkt maïs bij en de ‘rode mineralen’ (Bestermine Droogstand EB). Punt van aandacht is het droogzetten. Dit moet wel eens met teveel liters, waardoor er langer over wordt gedaan. Hier ligt weer een uitdaging om samen aan te werken!
Melk is hetgeen waarmee we het moeten verdienen
Fleckvieh
Het jaar 2009 is zoals geschreven belangrijk geweest in de keuzes op het bedrijf. Een tweede keuze die gemaakt werd is het volledig overgaan van insemineren met HF-sperma naar Fleckvieh-rietjes. In 2001 is het bedrijf in Nijbroek geruimd vanwege de MKZcrisis en vervolgens zijn er van drie verschillende bedrijven koeien aangevoerd. Dit waren alle drie bedrijven die fokten op Inet, ofwel scherpe dieren met veel melk-vererving, maar te weinig kracht. De afvoer op het bedrijf was te hoog en daarom werd de rigoureuze keuze voor de kruising gemaakt. Tot op heden bevalt deze stap erg goed. “Je moet ze wel de kans geven” aldus Ben, “als vaars vallen ze niet allemaal mee”. Dit liet ook de lactatiewaarde bij de vaarzen zien. Echter, de tweedekalfs dieren (100% kruislingen) hebben als groep de hoogste lactatiewaarde. De F1-dieren worden op dit moment allemaal wederom geïnsemineerd met Fleckvieh. Op mijn vraag “En daarna?” antwoordt Ben: “De productie wordt leidend. Goede producentes worden weer gedekt met Fleckvieh en de mindere dieren gaan terug naar HF”.
Melkprijs
Uiteraard is ook op dit bedrijf te merken dat de melkprijs op een dieptepunt zit. Voordeel is wel dat er in de huidige strategie veel meer melk geleverd wordt waardoor de kasstroom op gang blijft. Ben is een rekenaar en weet elke maand wat er binnenkomt en wat er uit gaat. Op die manier heeft hij de vingers aan de knoppen en houdt hij het overzicht. “Als we het de laatste jaren anders hadden gedaan, was de situatie nu beroerder geweest”, aldus Ben, die met name zelf de ondernemer wil zijn. Hij laat zich wel adviseren, maar maakt duidelijk zelf zijn keuzes.
Toekomst
Door het zogenaamde harder voeren en in het rantsoen kritisch te zijn op de fosfor, behaalde het bedrijf in 2015 een Bexvoordeel op fosfaat van bijna 14%. Hiermee kan de huidige strategie doorgezet worden en kan de veestapel doorgroeien naar de gewenste 180 koeien. Op het bedrijf wordt drie keer daags gemolken. Sinds 1 januari jongstleden is er naast Ben voor 40 uur werk voor derden. Alles wordt in het werk gesteld ten dienste van de melkerij. “Melk is hetgeen waarmee we het moeten verdienen”, aldus Ben. Daar wordt hard aan gewerkt, daar in Nijbroek!