Zo realiseer je een goed stalklimaat met een wintergarten
Afgelopen jaar zijn veel vleespluimveehouders overgestapt op het 1 ster Beter Leven concept. Veel stallen zijn inmiddels voorzien van een wintergarten (overdekte uitloop). Een wintergarten zorgt geregeld voor problemen met het stalklimaat, maar door onze jarenlange ervaring hebben we een aantal aandachtspunten op en rij kunnen zetten, zodat je toch een goed klimaat kunt realiseren.
Waar is de onderdruk?
De grootste uitdaging bij het ventileren met een wintergarten is het wegvallen van de onderdruk in de stal. Normaal zuigt de ventilatie de lucht die je ververst wil hebben af en zijn het de ventielen die de (koude) buitenlucht met de juiste snelheid naar de nok sturen, zodat deze kan worden opgewarmd. Deze manier van sturen gaat niet meer wanneer de uitloopschuiven open zijn. De focus verschuift naar het verminderen van luchtsnelheid om daarmee tocht op de dieren te voorkomen.
Pas streefwaardes aan
Als de uitloopschuiven open gaan, is het niet de bedoeling dat de kachel aangaat. Laat de streefwaarde van de kachel dus een aantal graden teruglopen. Ook de minimumventilatie in de stal kan terug als een gedeelte van de kuikens toch in de uitloop zit. Tijdens de eerste dagen/weken dat de uitloopschuiven open moeten en de kuikens nog jong zijn, is het belangrijk om de uitloopopening te beperken tot het minimum dat toegestaan is. De ventielen worden nu op temperatuur geregeld waardoor ze verder open kunnen lopen. Hierdoor komt er ook lucht door de ventielen binnen en verminder je trek door de uitloopluiken.
Voordeel van een warmtewisselaar
Door het wegvallen van de onderdruk is ventileren op gelijkdruk de mooiste manier om overal in de stal frisse lucht te krijgen, zonder dat de uitlopen trekgaten worden. Er zijn echter weinig vleeskuikenstallen voorzien van een gelijkdruksysteem. Daarentegen zijn er wel veel warmtewisselaars geïnstalleerd. En een warmtewisselaar zorgt ook voor een vorm van gelijkdrukventilatie. Het loont dus om deze zo optimaal mogelijk te laten draaien. Ook later in de ronde. Vanaf 21 dagen gaan de uitloopschuiven open en is de ventilatiebehoefte vaak nog niet groter dan de capaciteit van de warmtewisselaar. Daarnaast is het voorkomen van tocht juist op deze leeftijd cruciaal. Bespreek met je specialist of installateur hoe de warmtewisselaar optimaal ingeregeld kan worden.
Tips voor een goed stalklimaat
- Zorg niet alleen voor gewoon windbreekgaas of een geperforeerde damwand, maar ook voor een goed winterdoek aan de buitenkant van de uitloop. De invloed van kou of harde wind op het binnenklimaat kan hierdoor beter worden gestuurd.
- Laat je warmtewisselaar optimaal renderen. Zorg ervoor dat deze wordt opgenomen in de ventilatieregeling van de klimaatcomputer.
- Isoleer je uitloop goed. Dit voorkomt hitte in de zomer en kou in de winter.
- Overweeg om een gedeelte (30%) van de koeling in de uitloop te hangen. Een gedeelte van de warme lucht komt namelijk door de uitloopschuiven binnen en wordt anders niet gekoeld via de ventielen.
Heb je vragen of wil je meer informatie?
Neem contact op met een van onze specialisten uit het team vleespluimvee. Zij kunnen jouw vragen beantwoorden.
Over de auteur
Rens van Berkel
(Klimaat)specialist vleespluimvee
