Familie Verleun optimaliseert totale bedrijfsvoering stapje voor stapje

05 jan. 2021

De familie Verleun verhuisde eind jaren negentig van het Zuid-Hollandse Boskoop naar het Groningse Briltil. De kinderen waren al geboren en deze verhuizing maakte het mogelijk om het bedrijf toekomstbestendig te maken. Hield men in Boskoop 35 koeien, in Briltil begonnen Frans (57) en Evadien (56) met 70 koeien. Inmiddels is het bedrijf gegroeid en staan er 145 snuiten achter het voerhek. Dochter Leonie (25) is ook  toegetreden tot de maatschap. In de afgelopen jaren werd de bedrijfsvoering stapje voor stapje aangepakt.

We bespreken goed met elkaar wat we verstandig vinden om te doen”, zo steekt Frans van wal. “Natuurlijk heeft iedereen zijn rol op het bedrijf, maar de bedrijfszaken die doen we samen aan de keukentafel”, vult  Evadien aan. “Ik ben de inspringdienst, zeg ik altijd en Leonie en Frans doen alles achter.” 

Koegezondheid

“Wat we de afgelopen jaren echt hebben aangepakt is de koegezondheid”, zo vertelt Leonie. “Ik interesseer mij voor de fokkerij en samen kijken we hoe we koeien krijgen die niet alleen een goede productie geven, maar ook weinig problemen kennen. Zo kruisen we onze zwart en roodbont Holstein koeien nu in met Brown Swiss en Montbéliarde. Dat geeft een goede balans tussen spieren, gezondheid en gehaltes.”

Rol van voersaldo

Niet alleen de fokkerij bepaalt natuurlijk of je wel of geen problemen met de koeien hebt. Frans: “Ik heb zelf gemerkt dat we, sinds we van De Heus voeren, ook een sprong gemaakt hebben met de koegezondheid. Wat we in het rantsoen vooral veranderd hebben, is dat we op saldo zijn gaan voeren en minder kijken naar alleen voerkosten. Immers, als je meer gaat produceren, dan moet de gezondheid en vruchtbaarheid ook echt beter zijn. Daarom verstrekken we ook OmniGen en ik merkte bijvoorbeeld deze zomer tijdens en na de hitteperiode, dat de vruchtbaarheid op peil bleef.”

“We veranderen niet te veel tegelijkertijd, want dan weet je tenminste wat het oplevert. Een goede manier is om iets aan het begin van het jaar te veranderen, want dan kun je goed zien wat voor effect het heeft in vergelijking met het voorgaande jaar. Anders ga je zweven met je keuzes en dan weet je helemaal niets.”

Inkuilen

In het afgelopen jaar zijn de sleufsilo’s vernieuwd. Uit de kuilanalyses blijkt een hogere verteringscoë!ciënt en ook een beter beeld dan gemiddeld in Nederland. Leonie: “Onze specialist van De Heus (Jeep Aalders, red.) bleef maar benadrukken dat we moesten werken aan het voorkomen van broei. Dat lukt goed door de nieuwe sleufsilo’s en het werkt ook makkelijk. De voersnelheid was wel goed in de oude situatie, maar het volrijden ging vroeger niet top. Nu is de verdichting veel beter, blijft de kuil kouder, is de smakelijkheid hoger en is deze beter benutbaar.”

Samen stoeien

“Zo’n ander punt waar we samen mee gestoeid hebben”, vertelt Frans, “is het ureumgehalte. Dat lag eigenlijk wat te hoog. Daarvoor zijn we in het weideseizoen RECYCLE gaan inzetten in onze brok. Dat heeft echt effect gehad, we daalden van 26 naar 21. Door van beide kanten op een goede manier kritisch te zijn, komen we stapje voor stapje verder.”

We berekenen samen een paar keer per jaar de voerefficiëntie en het voersaldo

De voerbak moet vol

“Met de kalveropfok is dat net zo”, zegt Evadien. “Wij gebruiken het KalfGarant concept van Alpuro en De Heus. Eén van de dingen daarbij is dat de voerbak altijd vol moet liggen. Maar daar red je het niet mee. Ook drie dagen biest van de eigen moeder en bijvoorbeeld een schoon hok doen wonderen. Als je dan merkt dat diarree-klachten minder worden, dan is dat top. Het is echt de combinatie van maatregelen.”

Grondgebondenheid vergroten

Leonie: “We hebben de afgelopen jaren op veel onderwerpen stapjes gezet, zoals op koegezondheid, ruwvoermanagement en kalveropfok. Tegelijkertijd is er nog voldoende om te verbeteren. We willen nog met de droogstand aan de slag en samen met De Heus gaan we ook meer kijken naar het graslandbeheer, bodem en bemesting. Daar liggen mogelijkheden om onze grondgebondenheid verder op gang te brengen. Zo is voor ons een juiste kunstmestsoort één van de nieuwe uitdagingen voor 2021.”

Neem contact op